Startpagina > Wandelen > GR57 Ourthe + Sentier du Nord
> Esneux bestaat trouwens uit 2 delen: Het commerciële centrum tussen de Ourthebrug en het station enerzijds en het oude centrum met ondermeer de kerk en het gemeentehuis anderzijds. Beide delen zijn verbonden met een trap, de 'Vieux Thier', bestaande uit 156 brede treden.
Sart-Tilman: 'De grote adelaar van de overwinning.'
Aanlooproute Tilff
> Een lange etappe, in feite was het beter om dit in 2 stukken te doen. Zij die de eerste etappe door Luik niet zo zien zitten kunnen aanpikken vanuit Angleur (treinstation), ofwel vanuit Tilff (treinstation) vanwaar een gemarkeerde aanlooproute GR 57 vervoegt net voor het schitterende uitzichtpunt 'la Roche aux Faucons'.
> Ik vond dit een verrassend mooie tocht vol afwisseling. De hoogtepunten voor mij waren de vele vlinders, het uitzichtpunt 'La Roche aux Faucons', een schitterend veld vol bloemen en het stokoude dorpje Xhignesse.
> Veel wandelaars nemen Angleur als hun startpunt van GR 57 en skippen de eerste etappe vanuit Barchon omdat Barchon moeilijker te bereiken is dan Angleur en omdat velen de doortocht door Luik liever niet doen. Zowel het beginpunt van deze tweede etappe, Angleur, als het eindpunt Hamoir, zijn vlot te bereiken met de trein via Luik en dan de spoorlijn door de Ourthevallei. Er is ook een gemarkeerde aanlooproute van 2 km tussen het treinstation van Tilff en GR 57 op de hoogten ten zuiden van de univgebouwen van Sart-Tilman. Hierdoor verkort je deze etappe met zowat 8 km. Andere treinstations zijn er te Esneux (1 km), Poulseur (1 km), Rivage (3 km) en Comblain-la-Tour. Geen station in Comblain-au-Pont.
>
Horeca langs het tweede deel van deze etappe, te Comblain-au-Pont, Comblain-la-Tour en Hamoir. Heb je eerder iets nodig, wandel dan 1 km vanaf GR 57 naar het centrum van Esneux of Poulseur. Supermarkt onderweg: In Comblain-au-Pont is een Eurospar in het centrum. Verschillende campings langs het traject, ook te Tilff maar de jeugdherberg daar is enkel voor groepen.
De Ourthe gezien vanop de 'Roche aux Faucons'
Ferme de Rosière, gezien
vanop de Roche aux Faucons
Pionierbegroeiing zoals berk op deze helling 'in herstelling' na jarenlange vervuiling
Barchon - Angleur / Angleur - Hamoir / Hamoir - Barvaux / Barvaux - Hotton / Hotton - La Roche-en-Ardenne / La Roche-en-Ardenne - Engreux / Engreux - Gouvy / Gouvy - Troisvierges / Troisvierges - Goebelsmühle / Goebelsmühle - Diekirch
> Verder door bos en langs een ronde zitbank met een menhir als leuning. Eigenlijk is dit bankje een eerbetoon aan Jean d'Ardenne (zie hoger in dit verslag).
> Het pad loopt nog een tijdje door het bos van Anthisnes om dan plots op een steengroeve te botsen. GR57 omcirkelt de huidige mijn in wijzerzin. Van de mijn zelf zie je in feite enkel de hoge berm. De stoffige weg langs de mijn gaat na een tijdje over in een weg waarbij een geleidelijke daling wordt ingezet door meer open landschap met aan de éne kant wijkbebouwing en aan de andere kant mooie uitzichten over de Ourthe-oevers.
> Weer aan het treinstation van Angleur voor een lange etappe onder een zomerse zon. GR 57 loopt in Angleur langs een vervallen kasteel en voorbij de kapel van Notre Dame de Bonsecours, die vol ex-voto’s hangt. Aanpalend is een oude hoeve. Daarna zigzagt het pad omhoog het bos in. De bossamenstelling hier bestaat vooral uit beuk met een mengeling van andere soorten, zoals eik, hulst en tamme kastanje. Het pad passeert trouwens een prachtexemplaar van zo’n tamme kastanje. Aan een hoogspanningsmast vlakt het pad uit en loopt over een kaal terrein dat beheerst overgelaten wordt aan de natuur.
> De zanderige, voedingsarme bodem hier is altijd al een heidegebied geweest, tot vorige eeuw vooral aangewend als hooiland en graasgebied voor vee. Tussen 1938 tot 1966 krijgt het natuurlijke milieu in deze omgeving het zwaar te verduren door uit de vallei opwaaiende fabrieksdampen van zwaveldioxide en fijn stof dat lood- en zinkhoudend is. De boombegroeiing in het bos van Streupas, waardoor GR57 nu loopt, had zwaar te lijden onder die vervuilende uitstoot van de fabrieken van Vieille-Montagne in Angleur. Na het sluiten van de meest vervuilende industrie in 1966 ontwikkelt zich al snel weer een nieuw bos op de heuvels van Streupas.
> Onder toezicht van de nabijgelegen universiteit van Sart-Tilman wordt besloten om hier terug een heidegebied in te creëren, het landschapstype dat hier eeuwenlang was. Wat je nu ziet als wandelaar, neerkijkend in de richting van de vallei van de Ourthe, is een gebied waar zogenaamde pionierplanten alle kans krijgen zich te ontwikkelen. Heide is zo’n typische pionierplant. Wat bomen betreft zijn het vooral berken die de pioniersrol opnemen, gevolgd door trager groeiende eiken.
> De eerste jaren wordt hier elke herfst gemaaid op een hoogte van 20 cm om de heide meer kans te geven zicht te ontwikkelen, ten nadele van andere sneller opschietende struikgewassen. Een gedeelte van het terrein werd ook afgegraven (die ‘banden’ zijn nu nog te zien op de helling) om meer kans te geven aan vegetatie die een arme voedingsbodem prefereert, zoals dus heide.
> De univ van Luik barstte in de jaren '60 uit haar voegen. Er werd besloten om uit te wijken naar de heuvel van Sart-Timan. Bij de uitwerking van het architecturale project trachtte men de gebouwen zoveel mogelijk te integreren in de bestaande groenzone, en daar is men goed in geslaagd. In november 1967 werd de nieuwe univ ingehuldigd. In de groenzones werden faciliteiten voor recreatie ontwikkeld zoals gezondheids- en leerpaden en delen kregen een specifieke botanische bestemming.
> Het is prettig wandelen hier over de 'Corniche St Jacques'. Ik slaag er in om na veel geduld een koninginnenpage close-up te fotograferen. Hij voelt zich hier thuis op deze grassige, zonnige helling. Wat verder passeer ik een verwilderde vlinderstruik en fotografeer er ondermeer een ‘Spaanse vlag’ en een groot dikkopje. Mijn dag kan nu al niet meer stuk. Zie ook de vlinderpagina.
> Hier ook draait het pad even naar rechts om verder de rand van de Ourthevallei te volgen door het bos van St Jacques, vooral uit eik en lager uit beuk bestaand. Rechts liggen de terreinen van de universiteit van Sart-Tilman.
> Oorspronkelijk konden de vleugels van het beeld, dat uit hout en ijzer is opgebouwd, worden aangedreven door middel van een ‘chasse’ (zoals bij een WC met hoge waterspoelingsbak). Dit beeld van Francis André was één van de eerste beelden (1971) van het openluchtmuseum voor beeldhouwkunst dat enkele jaren later (1977) werd opgericht en ondertussen meer dan 100 beelden telt.
> De boerderij is gegroeid uit een nederzetting van cisterciënzermonniken in 1192. Ze kwamen van de abdij van Signy l'Abbaye (Frankrijk - langs GR 12). Wellicht verbleven ze hier niet lang, in 1202 stichtten ze namelijk in Seraing de abdij van Val-Saint-Lambert. Het landgoed van Rosière bleef echter nog lang in hun bezit. Tegenwoordig is er een paardenmanège gevestigd.
Doorkijkje op de Ourthe en Tilff
> Wat later loopt GR57 door een groot botanisch bos met denaanplantingen die typisch zijn voor Noord-Amerika. Het pad komt bij een golfveld en draait voor een poort naar links. Opgelet voor de afspanning rond het golfveld. Voor de eigenlijke afspanning loopt een dubbele ijzeren draad waar stroom op zit. En niet een beetje stroom! Letterlijk een ‘schokkende ervaring’ om in contact te komen met deze draad.
> GR57 passeert een bushalte in de buurt van de faculteit fysica van de univ en steekt iets later de drukke N663 over. Een brede bosweg afgezoomd met hoge planten (zoals leverkruid), die nogal wat vlinders aantrekken, leidt naar de boswoning van Famelette. Hier vertrekt een gemarkeerde aanlooproute van 2 km naar het treinstation van Tilff (groepsjeugdherberg, camping, treinstation). De hoofdroute loopt geleidelijk wat omhoog om langs een kampad hoog boven de Ourthe te lopen.
> Zo bereik je één van de mooiste uitzichtpunten over de Ourthe: 'La Roche aux Faucons' (Valkenrots), een prima plek voor een picknick terwijl je van het uitzicht geniet. Het pad houdt nog even hoogte, loopt langs een paar weiden en daalt dan in de vallei van de Ourthe, die wordt bereikt bij de mooie manègehoeve van Rosière die je al zag liggen van op de 'Roche aux Faucons'.
>De volgende kilometers zullen we dus tesamen lopen met GRP 575 en in tegengestelde richting met het Sentier de l'Ourthe et de Néblon, gemarkeerd met een konijnsymbool. Dus rechts lopen aan de Ferme de Rosière en zo in de Ourthevallei blijven door langs de muur van de boerderij te wandelen. Kort daarna zien we op de rechterzijde een prachtige monumentale linde. Ter hoogte van de linde ligt aan onze linkerzijde wat verstopt een bronnetje waarvan het water niet drinkbaar is (officieel althans).
Mooie linde in de buurt van de Ferme de Rosière
> Het pad vervolgt door de Fond de Rosière nu door een overstromingsgebied van de Ourthe. Het kan hier modderig zijn bij nat weer en 's zomers zijn delen sterk overgroeid met 2 soorten exotische woekerplanten: Reuzenbalsemien uit de Himalaya en Japanse duizendknoop. Ze worden wel bestreden maar om ze hier weg te krijgen (ze verdringen immers de natuurlijke begroeiing) zal meer nodig zijn. Maar misschien vind je de paarse bloemen van de reuzenbalsemien wel mooi.
> We lopen wat verder door een strookje bos en stijgen wat om achter enkele huizen door, over een smal pad de drukke hoofdweg door de Ourthevallei te bereiken. Links deze weg op en helaas deze zowat 600 meter volgen.
Een haag van reuzenbalsemien langs GR 57
> Voor je het eigenlijke centrum van Esneux bereikt(alle voorzieningen), verlaat GR57 (nog steeds te samen met GRP 575) deze brede asfaltweg door rechts af te slaan over een wegje dat naar het Parc du Mary leidt.
> Esneux is een zeer oude nederzetting, al minstens sinds de 9de eeuw is er hier bewoning. Toeristisch ontwikkelde Esneux zich vrij snel na de aanleg van de spoorlijn door de vallei van de Ourthe in 1865. Ongetwijfeld is het ook Jean d'Ardenne geweest die het dorp uitstraling en bekendheid gaf door zijn geschriften. Er vestigden zich nogal wat kunstenaars in de omgeving en ook de vele belle epoquevilla's zijn daarvan nog een bewijs.
> Jean d'Ardenne (1839 -1919) is een pseudoniem voor Léon Dommartin. Hij schreef de eerste echte toeristische Ardennengidsen in de 19de eeuw. Hij woonde in Esneux en later in Spa. Als schrijver, journalist, reiziger en natuurliefhebber bracht hij ook Esneux onder de aandacht. Zo was hij ondermeer ook stimulator van het bomenfeest dat sinds 1905 nog jaarlijks plaats vindt in Esneux. Het dorp is hem niet vergeten. Het gemeenteplein is naar hem genoemd en ook een originele rustbank op dat pleintje heeft zijn naam.
Taxus
> Over GR 57 lopen we door het arboretum. Na een grote parking, banken en infoborden rechts van de vallei in dezelfde richting verder wandelen. Zo passeer je verderop langs een reeks vijvers. Je moet trouwens even opletten want GR 57 splitst hier af naar links, terwijl GRP 575 rechtdoor loopt. Dadelijk na de vijvers is het wat klimmen.
> Als de stijging meer geleidelijk wordt, kom je in het arboretum van het park. Het is wat vreemd om hier in dit bos, dat redelijk ongemoeid wordt gelaten, coniferen, sparren en andere uitheemse boomsoorten te zien opdoemen. Er staat een 6-stammige eik (linkerzijde net voor je links afslaat) en een merkwaardige gekrulde beuk - in feite een genetische afwijking (aan de rechterzijde kort na een afslag naar links).
Vijver in het Parc de Mary
> Merkwaardig is ook dat zich hier de dikste boom van België bevindt, een sequoia of mammoetboom met een omtrek van liefst 9 meter. De sequioa staat op het stuk privé-park dat tot het kasteel Rond Chêne behoort. GR 57 komt er niet langs. De voorbije jaren heeft men het Parc de Mary op een aantal plaatsen heringericht, oa werken aan het bomenbestand en aangepaste recreatieve faciliteiten. Het totale domein omvat - inclusief de aangrenzende bossen - zowat 100 hectaren. Het is een aangenaam bospark, met onderweg een aantal rustbanken.
> Het bospark van Esneux is gemeente-eigendom. Het werd al opgekocht in 1914 van de kasteeleigenaars van het domein 'Rond Chêne', Montéfiori-Lévi. Die hadden het tevoren al ingericht als landschapspark. Er is ondermeer een 3 hectaren groot arboretum, ontwikkeld in 1918 en sindsdien wat vergroeid met de rest van de bosomgeving. Tussen 1950 en 1990 was er immers geen onderhoud meer aan het arboretum. In 1990 vond opnieuw herinrichting plaats.
> Het wandelen gaat vlot hier over brede paden. GR57 komt zo langs één van de monumentale beeldhouwwerken die deel uitmaken van het open beeldenmuseum van Sart-Tilman : ‘De grote adelaar van de overwinning, aangedreven door een ‘shitmotor'.
De steengroeve van Anthisnes in haar glorietijd, met futuristische 'luchtspoorlijnen' (postkaart)
Langs een met eendenkroos bedekte vijver
Esneux
Insekten in de omgeving van Sart-Tilman
Hommel Bloemvlieg Lieveheersbeestjes Spaanse vlag
Zomerbloemen langs GR57 in de buurt van Sart - Tilman
Moesdistel Harig wilgenroosje Fuchskruiskruid
> De steengroeve van Bois d’Anthisnes is sinds 1923 in exploitatie. Aanvankelijk werd hier vooral grijze steen ontgonnen voor de produktie van plaveien (voor steenwegen) en blokken steen voor de bouw van ruwe constructies (zoals dammen en kaaien). De mijninstallaties waren voor die tijd zeer modern: Er was een soort luchtspoorlijn, rails op staketsels waardoor de steen gemakkelijk van op hoogte kon worden getransporteerd. De mijn was met een fabrieksspoorlijn verbonden met het station van Poulseur en dus ook met het nationale spoornet.
> Na WO II daalde de vraag naar plaveien sterk ten voordele van asfalt en beton. De mijn onderging een succesvolle reconversie naar de produktie van bouwmaterialen. Deze mijn is altijd een belangrijke werkgever geweest in de streek, honderden arbeiders kwamen uit de Ourthedorpen in de verre omgeving.
> Op een koude winteravond, 3 januari 1929, liep de terugreis naar huis voor een aantal van die arbeiders fataal af. Hun busje kwam in de ijskoude Ourthe terecht tussen Poulseur en Comblain-au-Pont. Gezien de erg koude watertemperatuur in die periode van het jaar hadden de arbeiders bijna geen kans om levend de oever te bereiken. In het ijskoude en snelstromende Ourthewater stierven 14 arbeiders. De hele regio was geschokt door het gebeuren. GR 57 passeert deze tragische plek langs de Ourthe niet.
De begrafenis van 6 van de verdronken mijnwerkers bracht in de koude winter van 1929 een massa volk op de been te Sougné-Remouchamps. (postkaart)
Rustpunt in het Bois d'Anthisnes
> Als GR57 de ingang van het gehucht Sart bereikt, rechts afslaan over een landweggetje dat een asfaltweg kruist en over een nauw pad tussen prikkeldraad nog even verder daalt. Door een nat weidelandschap en dan scherp links naar het gehucht Mont.
> Zoals de naam van het gehucht doet vermoeden loopt GR57 naar Mont flink omhoog. Het pad gaat niet door Mont maar draait aan een grenspaal links en bij een watertoren rechts. Je komt langs de Roches Noires.
> Vergeet niet tijdens de daling even links te kijken voor een mooi zicht op deze dolomietrotsen. Daarna kom je via een “geologisch standbeeldenpark” aan de toren van St Martin, omgeven door een kerkhof. Hier heb je een mooi uitzicht over Comblain-au-Pont en de rotspartijen aan de andere Ourthe-oever.
Comblain-au-Pont, Tour Saint-Martin
> Comblain-au-Pont is een goeie etappeplaats om een dagje te blijven hangen. Het Ourthedorp lijkt zich toeristisch te profileren rond de geologische merkwaardigheden in de streek, zoals de rotswanden Les Tartines en de Roches Noires. Verder zijn er grotten (te bezoeken), ontstaan door wateruitslijting. Er is een standbeeldenpark rond het thema geologie (waarlangs GR57 het dorp binnen kwam) en er loopt een geologisch pad van 12 km in de streek, voorzien van verklarende borden, ook in redelijk goed Nederlands. Qua praktische voorzieningen vind je er alle winkels en overnachtingsmogelijkheden.
> GR 57 gaat bij de ingang van Comblain meteen links en klimt naar de parking bij het grottencomplex van Comblain. Hier voorbij klimt het pad even door bos tot het plateau weer wordt bereikt. Door weidse graanvelden loopt het pad over een oude veldweg naar de monumentale hoeve van Raideux. Onderweg passeer ik een smal maar diep veld waarop een massa akkerbloemen. Het was overweldigend, zo’n schoonheid en prachtig kleurenpalet.
Comblain-au-Pont, geologisch interessant gelegen op de rand van de Calestienne
> Tijdens de periode van de Franse Revolutie werden de meeste bezittingen van kerken en kloosters verbeurd verklaard en Stavelot verloor hierdoor Raideux aan de staat. Het gebouw kwam vervolgens in privé-handen. Het is een prachtige nederzetting, opgetrokken in een stijl die typisch is voor de Condroz, een vierkantshoeve in kalksteen en zandsteen. Ze heeft een enorme ingangspoort waarboven nog steeds het wapenschild van de abdij van Stavelot prijkt. De betonlaag die het buitenerf bedekt, vloekt wat met de omgeving maar laten we niet vergeten dat hier ook nu nog in de 21ste eeuw aan landbouw wordt gedaan en de omgeving moet aangepast zijn aan modernere landbouwmachines.
> De hoeve van Raideux is gelegen midden op een vruchtbaar plateau waar al tijdens de Romeinse periode bewoning bestond. Deze hoeve heeft een eeuwenoude geschiedenis, die terug gaat tot minstens de 13de eeuw. Voor het eerst wordt melding gemaakt van het bestaan van dit domein in een akte van 1488. Ze was toen al in het bezit van de kloostergemeenschap van Stavelot (vandaar dus het wapenschild boven de ingangspoort) en bleef dat tot eind 18de eeuw.
Al eeuwen oud als de hoeve van Raideux zelf, de geplaveide toegangsweg ernaar toe (GR 57)
Raideux, de ingangspoort tot de hoeve, met het wapenschild van Stavelot ( zie ook GR14 bij Stavelot)
> GR57 draait voor de hoeve scherp links over een andere toegangsweg en komt zo weer langs het andere uiteinde van het schitterende korenbloemenveldje. Verderop loopt GR57 door het bos van Comblain. Een rechte dreef loopt uit in een beukengalerij en langs een monumentje, opgericht in 1975 ter ere van de Belgische, Russische en Amerikaanse strijders die vochten voor de bevrijding van Anthisnes in WO II.
> Wat verder een ander oorlogsmonument, ter herinnering aan Nicolas Compère, bekend als de eerste Belgische weerstander die tijdens WO II (13 mei 1940) gefusilleerd werd door de vijand. Links en aan de boerderij Tolumont nog eens links. Door open landschap en afdalen over een holle asfaltweg met zichten over de Ourthevallei.
> Zo bereik je de N654, hoofdweg door de Ourthevallei, om Comblain-la-Tour binnen te lopen. Er lijken niet veel faciliteiten voorhanden in dit dorp. Ook bronnen lijken schaars in de dorpen langs de Ourthe.
> GR 57 steekt de Ourthe over en loopt langs de spoorweg het dorp weer uit. Het pad passeert een spectaculaire rotspartij en draait een paar honderd meters verder onder de spoorweg door. GR57 volgt gewoon verder de spoorweg over een schaduwrijk wegje.
> Even nog stevig omhoog naar het plateau om over een oude steenweg - die gedegradeerd werd tot veldweg - naar het oeroude dorpje Xhignesse te lopen.
Oude toegangsweg naar Xhignesse
> Wallonië heeft zowat 3700 sites die als beschermd monument zijn geklasseerd. Ze zijn vaak herkenbaar aan het blauw-witte metalen bordje dat is aangebracht. Uit deze lange lijst hebben 156 monumenten het biezonder statuut gekregen van 'uitzonderlijk patrimonium'. Tot deze laatste groep hoort de kerk van Xhignesse. Wat de kerk zo speciaal maakt is het feit dat ze een goed bewaard voorbeeld is van Romaanse religieuze bouwstijl.
> Xhignesse is een oud dorpje. Hoewel er een (gerestaureerde) bron is in het dorp die de naam ‘Fontaine Romaine’ draagt, is het ontstaan van het dorp waarschijnlijk te situeren in het Merovingische tijdvak.
> Een aannemelijke hypothese stelt dat er een bijhuis van het machtige klooster van Stavelot werd opgericht rond het jaar 700 op grond die werd geschonken door Plectrude, echtgenote van Pepijn van Herstal. Mogelijk kwam deze nederzetting er op een plaats waar eerder al een Romeinse of Merovingische nederzetting was.
> Feit is dat in de buurt (tussen het huidige Xhignesse en Hamoir) tussen 1968 en 1971 een grote Merovingische necropolis is bloot gelegd, met meer dan 250 graven, allen gedateerd tussen ongeveer 550 en 700 n/C. De talrijke voorwerpen die hier werden gevonden zijn tentoongesteld in het museum van Marche-en-Famenne. Langs de begraafplaats van de Merovingers loopt GR 57 niet, het langeafstandspad Ourthe - Néblon doet dat wel.
> In de vroege middeleeuwen groeit Xhignesse uit tot de moederparochie van een gebied dat vandaag ongeveer 22 parochies zou omvatten. Om maar te duiden dat lang geleden Xhignesse veel dominanter was. Opgravingen uitgevoerd tussen 1971 en 1974 brengen een primitieve basilicaconstructie aan het licht, gelegen op een plek op ongeveer 200 meter van de huidige kerk.
> De Romaanse kerk die er nu nog staat werd in 1934 al bijzonder genoeg bevonden om ze te klasseren. Vooral aan het koor herken je de typische Romaanse bouwstijl van de Maas-Rijnregio. Dit is van buitenaf gezien dan ook het interessantste deel van de kerk, met mooie ronde bogen. Binnenin is de kerk minder interessant. Het grondplan is eenvoudig en ondanks de witgeverfde muren weerspiegeld het interieur nog een beetje de sfeer van de donkere vroege middeleeuwen. Dikke muren waar door boogvensters wat schaars zonlicht wordt binnengeworpen. Een eenvoudig grondplan van toren, middenbeuk, transept, koor, 2 zijkapellen en langs iedere kant een zijbeuk zijn typisch voor Romaanse architectuur. Het plafond bestaat uit een ongewelfde houten bedekking.
> Het huidige kerkmeubilair leek me niet zo biezonder. Het is in feite typische plattelandskunst. Door diefstal in het verleden zijn de meest waardevolle zaken verwijderd naar een veiligere plaats. In de vloer zijn nog een aantal oude grafstenen ingewerkt. Het gebouw onderging een laatste restauratiebeurt in 1992. De kerk is meestal open voor bezoek! Er bevinden zich rond de kerk ook enkele gerestaureerde grafkruisen.
Merovingische vondst uit Xhignesse
(museum Marche-en-Famenne)
Xhignesse, Romaanse kerk
> Biezonder merkwaardig is ook het vreselijke verhaal over het complot en de moord op de pastoor van Xhignesse. We hebben het verhaal hierover uit het verslag van GR 57 geknipt omdat de moordplek niet langs onze route ligt.
> Aan de kerk draait het pad nog even naar rechts, door een pluk bos, om dan scherp links af te dalen in de Ourthevallei. Hier loop je de spoorwegbrug onder om dan via diezelfde spoorwegbrug over de Ourthe te lopen. Een prettig paadje loopt langs de Ourthe in een brede bocht naar Hamoir. Onderweg zijn er kleine keienstrandjes en picknickbanken.
> Hamoir komt in zicht. Onderweg staat een aanlooproute geverfd naar het treinstation kort bij de kerk. Ik moest nog lopen om uiteindelijk nog net op tijd de laatste trein naar Luik te halen. Voor mij het einde van een schitterende, lange wandeldag. ’t Was te warm om aangenaam te zijn, maar er was veel te ontdekken onderweg.
Xhignesse
GR 57 Ourthe / Sentier du Nord
Barchon - Diekirch / Libramont (360 km)