Startpagina > Wandelen > Mol-Om
> Typisch voor de wegen hier is dat de brede zandweg gewoonlijk is voorzien van een aparte, verharde strook voor fietsers. Als wandelaar heb je dus keuze: verharde of onverharde ondergrond. Misschien wat eentonig wandelen op die rechte, ontdubbelde weg. Als we op een wegkruising komen zijn we op de grens met Nederland.

> Rechts staat grenspaal 194, wij gaan echter links een gelijkaardige brede weg met fietspad op. Al snel komen we langs grenspaal 195.
> Terug op het hoofdtraject van de Noordelijke Mol Om-route. We wandelen verder langs de gemeente- en provinciegrens in noordoostelijke richting, over de Zeven Heerlijkheden-weg. 2,2 km lang kaarsrecht. Het akkerland dat links en linksvoor ligt, werd bij de vastlegging in 1839 van de grenzen tussen het nieuwe België en Nederland, naar Mol overgeheveld. De Bergeykse Heide was voordien dus Nederlands. Die grenscorrectie werd gecompenseerd met land verderop langs de Mol-Om.
> Vroeger kwam de noordelijke route van Mol-Om van rechts, uit een bosweg die al snel een open (verharde) veldweg wordt. Volg je die 300 meter dan kom je bij een merkwaardig moordkruis. Vandaag dus niet meer op het Mol Om-traject.
> De beroemde Baileybruggen dus. We steken ze ook dit keer niet over maar blijven op de zuidelijke oever van het Kanaal Bocholt - Herentals. Dit 60 km lange kanaal verbindt het Albertkanaal bij Herentals met de Zuid-Willemsvaart bij Bocholt. We wandelen in oostelijke richting over het verharde jaagpad, van Sluis 3 naar Sluis 2. Er zijn een tiental sluizen op dit kanaal om een hoogteverschil van in totaal zowat 33 meter te overwinnen. De meeste daarvan zijn nog grotendeels in oorspronkelijke 19de eeuwse staat, al worden ze geautomatiseerd bediend vanuit een afstandsbedieningscentrale in Hasselt. Er wordt ook gewerkt om dit kanaal aan te passen voor grotere schepen, rekening houdend met de historische kunstwerken op dit kanaal.

> Na zowat 1,2 km kunnen we van het verharde jaagpad af door rechts af te slaan over een pad dat even later de beek Maatloop kruist en daarna een bakstenen toren passeert. Vandaag doet deze voormalige electriciteitscabine dienst als schuilplaats voor uilen en vleermuizen. We zijn inmiddels ook onmerkbaar Sluis 2 gepasseerd en bereiken bij een kleine parking de bocht van een asfaltweg (wandelknooppunt 48). 600 meter naar rechts op deze asfaltweg ligt het bezoekerscentrum 'Quartz Experience', waar we tijdens de Middenronde passeerden. Dit keer gaan we echter links de bocht in de weg meevolgen naar het gehucht Blauwe Kei.
> We zijn nu op het grondgebied van de Limburgse gemeente Lommel. De Blauwe Kei is een populaire startplaats voor fietsers en wandelaars. Er waren hier in het verleden heel wat horecazaken maar er zijn de voorbije jaren nogal wat sluitingen en overnames geweest. Op het juiste moment zal je hier nog wel één of twee horecazaken geopend vinden.

> In deze schilderachtige omgeving komen ook het Beverlokanaal (Leopoldsburg - Blauwe Kei) en het Kanaal Bocholt - Herentals tesamen.
Kanaal van Beverlo, gezien vanop de Baileybrug van Blauwe Kei
Brug over het Kempens Kanaal naar Russendorp
Blauwe Kei en Kanaal naar Beverlo
> De naam 'Blauwe Kei' verwijst naar een oude grenssteen tussen Postel en Mol. Die 'kei' was vermoedelijk een oude zwerfsteen. Sinds de aanleg van het Kanaal van Beverlo zou hij zijn verloren gegaan. Recreatieve fietsers die hier komen aangewaaid over de verschillende jaagpaden appreciëren de horeca hier.
> Het Kanaal van Beverlo, dat hier aftakt van het Kanaal Bocholt - Herentals, werd gegraven in 1854, vooral als verbinding naar de grote militaire basis van Leopoldsburg (Beverlo). Het is 15 km lang en eindigt in een jachthaventje te Leopoldsburg. Later werd het ook gebruikt door de Vieille Montagne-fabriek van Wezel.
> We steken eerst het Beverlokanaal over, ook hier een door militairen in 1944 aangelegde Baileybrug. Kort daarna, voorbij een bunker, kruisen we ook via een stalen brug het Kanaal Bocholt - Herentals. We draaien mee naar rechts met de asfaltweg en in de volgende bocht, bij een schuur te Russendorp, draaien we naar links tot bij Sluis 1 op het Kanaal Bocholt - Herentals.
Asfaltpad door de bossen rond Russendorp
Russendorp
> Vreemde naam. De volksetymologie legt al snel de link met een paar families Russen die zich hier kwamen vestigen. Zou kunnen, de industrie lokte in het verleden wel meer vreemdelingen aan maar de verklaring moet toch iets verder worden gezocht. De naam is wellicht te verklaren doordat in het begin van de 19de eeuw zich hier verspreid mensen kwamen vestigen die eenvoudige huizen bouwden waarvan de daken werden bedekt met ruwe graszoden, 'russen' in het lokale dialect. Ter hoogte van Russendorp werd er na de onafhankelijkheid van België trouwens een merkwaardige grenscorrectie doorgevoerd bij het vastleggen van de grenzen tussen België en Nederland. In 1843 (bij het plaatsen van de grenspalen) kreeg Mol er 122 ha bij, de Bergeijkse Heide. We passeren dat gebied volledig langs de noordelijke lus van Mol-Om.
> De Mol Om Noordroute gaat rechts langs het kanaal en kiest bij de kruising met het Postelvaartje - nog voor je Sluis 1 bereikt - een pad schuinrechts dat in de bosrand loopt. Je kunt hier ook de wandelknooppunten volgen: 29 naar 44. Op wkp 44 ga je rechts, bijna 1 km over een onverhard bospad in noordelijke richting. Dit pad vormt ook de gemeentegrens tussen Lommel en Mol.
> Zo bereiken we op een padenkruispunt aan het Postelvaartje een historische grenspunt: de Zeven Heerlijkheden, gemarkeerd door de Steen der Zeven Heerlijkheden.
Steen van de Zeven Heerlijkheden
De steen der Zeven Heerlijkheden
>Het Postelvaartje werd eigenlijk gegraven om akkers te irrigeren. De 'obelisk' die hier staat is een oude grenssteen. Hij markeerde destijds het punt waarop maar liefst 7 heerlijkheden samen kwamen: Bergeijk, Luykgestel, Mol, Balen, Lommel, Dessel en Postel. Vermoedelijk werd hij geplaatst begin 17de eeuw. Vanaf 1843 verloor hij deels zijn functie, toen het nieuwe België er 122 hectaren bij kreeg. De steen verdween onder de grond maar werd weer opgegraven om de site opnieuw in te richten in 1981. Deze grenspaal werd en wordt al eens verward met de Blauwe Kei, maar hij heeft er eigenlijk niks mee te maken. In tegenstelling tot deze steen is de Blauwe Kei al meer dan een eeuw onvindbaar. De omgeving hier zal mogelijk dramatisch veranderen in de toekomst. Sibelco heeft hier zijn oog laten vallen op 100 hectaren ontginningsgebied ter compensatie van de afschrijving van de ontginningen rond het Zilvermeer. Mogelijk ten vroegste in 2035 zal dit gebied worden aangesneden voor grootschalige zandwinning.
Dubbele moord
> Het monument voor Vincent Belmans en Jefke Fonteyn met zijn mooie maar verhullende tekst, roept vragen op. Het bord dat de gemeente Mol er bij plaatste, is weinig verklarend. Wat is hier gebeurd? De 28-jarige, licht gehandicapte, Vincent Belmans kwam hier in de bossen van de Zeven Heerlijkheden hout sprokkelen (de omgeving moet er toen veel beboster hebben uitgezien). Hij was vergezeld van Jefke Fonteyn, een jongen van 9 jaar. Tegen de middag kwam een 'vriend' langs die onder het mom van een handje te helpen de bijl ter hand nam. Hij sloeg er echter het hoofd van Vincent mee in. Jefke probeerde te vluchten maar de dader zat hem achterna en de jongen werd eveneens beestachtig afgemaakt. Later werd de dader toch opgepakt, het was de 21-jarige Lodewijk Pauwels. Zijn motief bleek roofmoord te zijn. Hij werd in december 1931 door assisen tot de doodstraf veroordeeld. Die straf werd omgezet in levenslang.
> De dader zou na zijn straf in het Antwerpse hebben gewoond. De dubbele roofmoord moet de lokale bevolking zeer hebben aangegrepen. Daarvan getuigt niet alleen dit monument maar de tragedie bleef ook nog vele jaren hangen bij de mensen, oa in de vorm van een moordlied. Oorspronkelijk stond het monument midden in wat nu een weide of veld is. Het werd rond 1975 naar de rand van de weg verplaatst.
Grenspaal 195, hier nog in slechte staat, korte tijd voor hij werd gerestaureerd in 2011.
> De noordelijke lus van Mol-Om is ook de meest rustige van de drie. Hier wordt volop de kaart van groen en natuur getrokken. We passeren amper huizen, laat staan een dorp of gehucht. Wat je wel passeert zijn enkele merkwaardige gedenkstenen en markeerpalen...De 'minst verharde' lus ook, veel zanderige bodem onder de schoenen. Enkele rechte stukken kunnen wat eentonig zijn maar daar kan je dan eens stevig op doorstappen. Behalve in natuur vertoeven, lopen we ook weer langs een kanaal en er wordt nogal wat geflirt met provincie- en landsgrenzen. Ook deze lus lopen we in tegenwijzerzin. We starten aan de Postelsesteenweg bij de Baileybruggen en Sas 3, net ten noorden van de Molse meren. Er is horeca bij de Baleybruggen, ook na 2 km (Blauwe Kei), op het noordelijke grenspunt met Nederland en bij de abdij van Postel. Tentovernachting mogelijk na 1/3de van de route op de sympathieke Minicamping Het Ven (met trekkersplaatsen).
> De volgende kilometers kruisen we enkele wandelroutes van het GR-type. Geen probleem met het Nederlandse Grenslandpad, dat is witrood bewegwijzerd maar op de grens lopen we ook even samen met het Nederlandse Streekpad 'Brabants Vennenpad' en daarvoor zijn net zoals bij Mol-Om geelrode kleuren gebruikt!
> Bij grenspaal 195 gewoon rechtdoor. Een eerste afslag naar rechts negeren we. Pas als we een heel eind verder weer bij bos zijn gekomen, nemen we bij grenspaal 196 rechts een pad het bos in. Opgelet dadelijk weer licht rechts aanhouden, hier was ik wat verkeerd gelopen. Goed de padmarkering volgen dus, zodat je het juiste pad neemt in dit bos, dat is doorsneden met paden. We wandelen nu net door de Nederlandse zijde van de landsgrenzen.
> Niet tot op de Postelseheideweg maar kort daarvoor wat zigzaggen tussen bospercelen om weer op de Grensweg. Je kunt in deze omgeving ook de wandelknooppunten 33 naar 3 naar 4 volgen. We gaan op de Grensweg rechts over een prettig zanderig pad weer de nationale grenslijn volgen. Bij wandelknooppunt 4 (picknickbank) gewoon rechtdoor langs Minicamping Het Ven. Uitstekend gelegen als je met de tent onderweg bent en de Noordelijke Mol Om in twee dagen wil wandelen.
> Net voorbij enkele grote hangars - die je al van ver ziet - niet naar rechts maar nog even verder rechtdoor over de Grensweg. Slechts 150 meter verder gaan we links het bos in over een zigzagtraject. Het eindigt in de buurt van twee vermaarde dancings: Café-dancing 'Heidelicht' en aan de overkant van de straat dancing 'De Kaasboerin'. De ene serveert Decap-orgel en accordeonmuziek, de andere Vlaamse charmezangers. Beide zaken zijn dan ook vooral populair bij bejaarden en liefhebbers van het volkse levenslied.
> We wandelen naar grenspaal 197 en het wegenkruispunt. De locatie had een vroegere geschiedenis van smokkelcafé hier op de grens. Vlakbij (en op Nederlandse grond) ligt ook Café 'In het Wilde Zwijn'. Opletten hier om niet te verwarren met de geelrode markeringen van het Brabants Vennenpad.
Hier viel El Cid...
> Tegenover grenspaal 194 staat een ander merkwaardig monument met de tekst "Hier viel El Cid met een groot ruiter" . El Cid is een middeleeuwse ridder uit Spanje van Moorse afkomst. Zijn durf en strategische veroveringsdrang in delen van Spanje in de 11de eeuw maakten hem legendarisch. Meestal wordt hij afgebeeld als een stoere ruiter-held.
> Op het kruispunt, bij taverne 'In het Wilde Zwijn', vervolgt de Noordroute van Mol-Om schuinlinks (Bergeijksedijk) en niet schuinrechts (daarheen loopt wel het Brabants Vennenpad). Een brede grindweg met parallelle betonweg volgen we nu over maar liefst 2,9 km. Een pad om de pas er in te zetten. Dit was ooit de belangrijkste verbindingsweg van Antwerpen naar Aken en Keulen. Uiteindelijk komen we na bijna 3 km uit op een zessprong. Hier staat ook een oorlogsmonument, waar een boeiend verhaal aan vast hangt.
> Bij de grote wegwijzer van de abdij van Postel gaan we (met onze rug naar de abdij) dadelijk rechts de Abdijlaan in, die na een bocht naar rechts de Arendonkse Weg wordt. Je kunt vanaf de abdij van Postel ook de volgende kilometers wandelknooppunten 14 - 86 - 15 - 16 - 1 volgen.
> We bereiken na 900 meter over deze rechte asfaltweg een kruispunt met een boomkapelletje. Rechtdoor hier over een graspad en na 120 meter meedraaien naar links.
> Ook hier en de volgende kilometers draagt het pad de naam 'Arendonkse Weg', vermoedelijk gaat het dus ook hier over een eeuwenoude verbinding, die wat is weggedeemsterd in het wegenpatroon. Hij loopt een tijdje tussen bosrand en weiden en akkers om bij de toegang tot een privé-domein rechts te vervolgen. Het wordt verderop een brede steenslagweg. Opvallend is de talrijke aanwezigheid van brede wespenorchis, een orchideeënsoort die hier in de Kempen blijkbaar helemaal niet zeldzaam is zoals ik verder op deze etappe zou merken.
> We blijven de Arendonkse Weg volgen tot 400 meter voorbij een beschermde langgevelhoeve met schuur. Hier komen we bij wandelknooppunt 1 en verlaten we de Arendonkse Weg om naar links te gaan. Dit pad volgen we 400 meter om dan rechts een kronkelpad te nemen.
> Dit pad arriveert ter hoogte van een vogelkijkhut aan natuurreservaat De Ronde Put.
> Vlakbij loopt het Kanaal Turnhout - Dessel (picknickbank) maar dat loopt wel op grondgebied van Retie. Oorspronkelijk volgde Mol Om dat kanaal de volgende kilometers maar sinds vele jaren wordt een parallel traject gevolgd, dat wel aan de Molse kant van de gemeentegrens blijft.
> Je kunt dus alternatief ook kiezen om langs het Kanaal Dessel - Turnhout - Schoten te wandelen over het verharde en met eiken afgezoomde jaagpad. Dat is voor een groot deel het oude traject van Mol Om maar je moet het jaagpad wel delen met veel fietsverkeer.
> Terug nu naar de huidige Noordroute van Mol Om. Vanaf de vogelkijkhut gaan we bij wandelknooppunt 87 een zuidelijk pad volgen, onverhard en aanvankelijk door een omgeving van natte weilanden en akkers. Je kunt vanaf de vogelkijkhut ook gewoon het tracé van mol Om volgen via de volgende wandelknooppunten: 87 - 85 - 83 - 31 - 34 - 35 - 99 - 98 - 10 - 95 - 96 - 82 - 41.
> We kruisen de Kasteeltraat / Postelsebaan. Links langs de Kasteelstraat ligt op 170 meter de toegang tot het ooit zo populaire 'Familiestrand'. Destijds een familiecamping met waterrecreatie, vandaag schiet daar enkel nog een visclub en een frituur van over. We gaan echter zuidelijk rechtdoor over een tijdelijk verhard boswegje (Brug 1).
> Ter hoogte van een fruitbedrijf wandelen we weer over onverhard pad rechtdoor tussen fruitbomen en bos. We blijven nog een tijdje een zuidelijke koers aanhouden over een versmallend pad om dan uiteindelijk even naar rechts uit te wijken tot wandelknooppunt 34. Let ook op de grote wespenorchissen (bloeien in juli) en kijk vooral uit naar de aromatisch geurende wilde gagelstruiken links van het pad. Gagel werd vroeger nogal gebruikt bij het brouwen van bier voor hopbellen populairder werden. Onderweg kun je hier in augustus ook bloeiende heideveldjes zien.
> Zuidelijk verder en aan kp 35 wijken we dit keer even links om bij kp 99 weer zuidelijk te vervolgen. Het grassige pad arriveert bij een picknickbank aan de Turkeiestraat en we gaan daar even links - rechts om de Turkeiestraat verder te volgen. Opgelet: mogelijk zie je hier nog oude geel-rode tekens van Mol-Om over een ander traject: volg de nieuwe tekens met het logo van Mol Om of volg wandelknooppunten 98 - 10 - 95 - 96.
> De brede en met grind verharde bosweg kruist de verkeersweg Diel. Aan de overkant voert een graspad ons verder in het spoor van de Santiagoroute Via Monastica. 230 meter verder kiezen we voor een pad naar links. Dat eindigt na nog eens 230 meter op een T-kruising, waar we rechts gaan. Dit pad eindigt weer op een T-kruising, waar we dit keer links gaan.
> We wandelen nu weer bij het Kanaal Bocholt - Herentals en naderen al snel weer de beroemde Baileybrugggen van Mol. Dit keer de bruggen oversteken en we zijn weer bij ons beginpunt van de Noordelijke Ronde van Mol Om. En daarmee zit Mol Om er volledig op! Einde.
> Op de zessprong nemen we de tweede weg links, de Bladelseweg, eigenlijk de oude Romeinse heerbaan van Leuven naar Den Bosch. Ook het Nederlandse Grenslandpad (wit-rode tekens) volgt dit traject. We volgen hem over 2 km als hij langs akkers en vooral door bos loopt. Onderweg maakt hij een flauwe bocht naar rechts en net voorbij een landbouwbedrijf met verschillende schuren bereikt hij bij een kapel de Reuselseweg. Links, we komen aan bij de abdij van Postel.
Provinciegrenzen: links Antwerpen, rechts Limburg
Kleine teunisbloem
Oude grensweg
Grote zllverreiger, gezien vanuit de vogelkijkhut
Kanaal Dessel - Turnhout - Schoten
Norbertijnerabdij Postel
> Toen de abdij hier rond 1135 werd gesticht, was ze eigenlijk vooral bedoeld om via landbouw inkomsten te genereren voor de abdij van Floreffe. Pas in het begin van de 17de eeuw werd ze verheven tot priorij en enkele jaren later volgde eigenlijk de echte afscheuring van Floreffe en werd Postel een volwaardige abdij. In 1797 werd de abdij afgeschaft om pas 50 jaar later weer te worden heropgericht. Vandaag verblijven er nog een tiental broeders, ze behoren tot de Norbertijnen.
> Postel-bier is niet echt origineel, de abdij verhult niet dat het bier wordt gemaakt door brouwerij De Smedt (van Heineken) in het Vlaams-Brabantse Opwijk. De artisanale Postelse abdijkaas daarentegen wordt wel hier in de abdij gemaakt, sinds 1947. Om je monnikenmaal kompleet te maken kan je ook nog Postelbrood kopen. Ter plaatse kan je al die produkten kopen in de abdijwinkel. Wie geïnteresseerd is in kruiden moet zeker ook eens door de kruidentuin van de abdij lopen.
> Centraal bij de ingang van de abdij staat ook een opvallende wandelboom. Hij staat hier al vele jaren maar sinds 2023 duidt hij ook de richting van Mol Om aan. Daarnaast ook enkele Vlaams en Nederlandse GR-paden en de Via Monastica, die naar de Franse grens en zo verder naar Santiago de Compostela loopt via 5 Norbertijnerabdijen in de Lage Landen.
> Het meest opvallende aan Postel dat vandaag op je netvlies en vooral in je neusgaten achterblijft, is de geur van braadworst en frit. Behalve horecazaken is er zelfs een speciaal terrein bij de autoparking dat vol staat met frituren, wafelkramen en Cora van Moravarianten. Terwijl de abdij van Averbode een Likdreef heeft, lijkt die van Postel een fritdreef te hebben...
Natuurgebied De Ronde Put
> Deze brok natuur bestaat uit venen, loofwoud, heide, broekbos, rietveld en oude turfputten. Van oorsprong is het een moerassig gebied, menselijke ingrepen over de voorbije eeuwen gaf De Ronde Put zijn huidige uitzicht.
> Bij natuurliefhebbers is De Ronde Put vooral bekend voor de talloze libellensoorten en uiteraard vallen ook de vele verschillende vogelsoorten rond, op en boven het water op. Wat planten betreft is er een grote variatie aan grassoorten. Tot in de jaren '70 kwam de otter hier nog voor. Inmiddels is die helaas al jaren uitgestorven in Vlaanderen.
> Uit de bloeiperiode van Postel (begin 17de eeuw) is nog heel wat bewaard, zoals het poortgebouw en twee vleugels van het klooster, een (niet meer functionele) brouwerij en de beiaardtoren in zandsteen. De oudste delen van de abdij zijn echter terug te vinden in delen van de abdijkerk (het enige deel van de abdij dat ook binnenin kan worden bezocht), ze zijn van eind 12de eeuw. In de bibliotheek worden ondermeer oude werken uit de drukkerij van Plantijn bewaard, de bib is echter enkel met gids en op aanvraag te bezoeken.
Langs het Kanaal Dessel - Turnhout - Schoten, oud traject van Mol Om
Wilde gagel
Brede wespenorchis
Klein struikheidegebied
Gewone oeverlibel
De Arendonkse Weg
De crew van de fatale vlucht van Lancaster ME846. In het midden de vermiste, heldhaftige Captain Davis. Uiterst links Peter Knox, die veilig landde met zijn valscherm en verborgen werd door de weerstand. Uiterst rechts twee mannen die omkwamen in de crash. De overige drie konden zich redden met hun valscherm maar werden krijgsgevangen gemaakt.
Mol-Om gaat rechts bij grenspaal 196
Grenspalen B - NL
> Voor 1830 waren het huidige België en Groothertogdom Luxemburg onder het gezag van het Nederlandse huis van Oranje. Met de opstand van de Zuidelijke Nederlanden tegen Willem I in 1830 moeten de grenzen opnieuw worden vastgelegd.
> Een krachtmeting tussen Nederland en Frankrijk over de grenzen zal de volgende jaren de jonge Belgische politiek overheersen. In 1838 aanvaardt Willem I eindelijk de XXIV artikelen en dus ook de uitgetekende grens. In 1839 wordt het akkoord ondertekend en vanaf 1843 start een Belgisch-Nederlandse commissie met de afbakening van de oostelijke grens op het terrein. Vandaar dus dat in de ijzeren palen het jaartal 1843 is gesmolten en niet 1830.
> De gietijzeren palen (hol binnenin) werden vervaardigd in de Cockerill-fabrieken van Seraing. Ze wegen ongeveer 372 kg per stuk. Je verplaatst dus de grens niet even snel. Het octagonale onderste deel (grotendeels in de grond) is 1 meter lang. De top is een gestileerde dennenappel. In de 170 jaren dat ze er staan hebben ze heel wat te verduren gekregen: Jagers die ze als schietobject gebruiken, boeren die ze scheef rijden met hun machines, vandalisme, enz... Niet weinigen zijn er hun dennenappeltje, dat de paal aftopt, bij ingeschoten, zoals paal 195. De grenspalen tussen Nederland en België zijn genummerd van 1 tot 369. De nummer 1 staat op het drielandenpunt te Vaals / Aken / Moresnet en de nummer 369 staat aan de Noordzee in het Zwin. Langs Mol-Om lopen we langs de nummers 194 tot 197.
Grenspaal 197 & valse tegenhanger
> Bij taverne 'In het Wilde Zwijn' vinden we niet één maar twee grenspalen. De officiële grenspaal 197 staat op de foto in de achtergrond. Zijn 'valse' tegenhanger staat vooraan op de foto. Die laatste werd rond 2020 in de kleuren van België en Nederland geverfd en van korterbij zie je ook dat er geen leeuw maar een everzwijn op staat! Een nagemaakt exemplaar? Waarschijnlijk niet. Alles wijst er op dat deze paal ooit heeft gediend maar ergens anders heeft gestaan om de grens officieel af te bakenen. Hoe hij dan hier terecht kwam? Niemand die het weet maar vermoedelijk is het een originele paal die hier (als attraktie?) werd geplaatst, misschien al 100 geleden?
> Wat heeft El Cid nu te maken met dit verloren grenspunt 194? Wel Lommelaar Jan van Limbergen (1926 - 2007), een welgestelde paardenhandelaar, ruiterde hier in de jaren '80 van vorige eeuw regelmatig over de zanderige paden rond Postel, meestal met even welgestelde vrienden en soms ook per koets. Dat ging dan gewoonlijk gepaard met een stevige pint in een van de uitspanningen aan de grens. Op een dag in 1986 liep het echter verkeerd af op de terugtocht. Jan van Limbergen, mogelijk stevig 'in de wind', struikelde met zijn paard. Het paard was op slag dood, Jan van Limbergen overleefde de val. De naam van het paard was 'El Cid', de benaming 'een groot ruiter' is wellicht een ironisch grapje van zijn vrienden, net zoals het idee voor dit monument. Als je goed kijkt herken je onder de tekst nog de afbeelding van een paard.
Crash van Lancaster I ME846
> Het oorlogsmonument aan je rechterzijde herinnert aan oorlogsdrama. In de nacht van 21 op 22 juni 1944 - even vóór middernacht van de langste-dag-van-het-jaar - stegen vanop diverse vliegvelden in Engeland meerdere RAF-squadrons jachtvliegtuigen en bommenwerpers op met bestemming Wesseling bij Keulen. Doel: Bombardement op Duitse fabrieken en installaties van synthetische brandstof. Ook de Lancaster 1C-ME846, met een zevenkoppige bemanning, nam hieraan deel. Met behulp van zware schijnwerpers zoekt het Duitse afweergeschut de donkere lucht af vanop de grond. De omgeving Postel - Balen ligt op een veel gebruikte geallieerde vliegroute.
> Plots wordt de Lancaster 1C-ME846 door een luchtdoelgranaat getroffen. De stuurboordmotor staat in brand. Het afsluiten van de brandstoftoevoer helpt niet en het vuur breidt snel uit. Captain Davis moet zeer vlug handelen nu en beveelt via de intercom zijn mannen om onmiddellijk te springen. Het vliegtuig was inmiddels gedaald van 6.000 naar ongeveer 5.000 meter hoogte, springen zonder zuurstof was niet evident. 4 van hen gaan het vliegtuig uit. 2 anderen blijven aan boord, daarvan was er wellicht al 1 dood. Terwijl zijn makkers een uitgang zochten in het brandende vliegtuig, trachtte Captain Mark Davis het toestel zo goed mogelijk recht te houden, om het springen mogelijk te maken. Terwijl de 4 bemanningsleden met hun parachute open neerdalen in het donker, zien ze de Lancaster in een vuurbal neercrashen. 2 dode bemanningsleden werden later door de Duitsers geborgen. Van kapitein Davis is er geen spoor.
> Van de 4 bemanningsleden die veilig op de grond geraakten werden er 3 gevangen genomen door de Duitsers en afgevoerd als krijgsgevangene. Enkel de Australiër Peter Knox slaagt er in om uit de handen van de vijand te blijven. Hij wordt bij Balen ontdekt door de 13-jarige Fonske Vermierdt, na gesnuffel en geblaf van zijn hond waarmee hij op wandel is. Knox heeft geluk, hij komt terecht bij behulpzame mensen van Balen die hem wekenlang verbergen en hem in contact brengen met Belgische weerstanders. Peter Knox is er zelf bij als begin september Brussel wordt bevrijdt. Na de oorlog zou Knox nog een dankbrief schrijven naar de Kempenaars die hem zo hebben geholpen.
> Hier lijkt het verhaal te eindigen maar 60 jaren later komt er een wonderlijk vervolg. Naar aanleiding van een tentoonstelling in Balen in 2004 over WO II, waarbij ook de dankbrief weer opduikt, krijgt organisator Kamiel Mertens de vraag van Fons Vermierdt of er nog een spoor zou kunnen worden gevonden van de soldaat die hij destijds vond en hielp. Via internet komt Mertens in contact met de dochter van Peter Knox, Jane Knox. Peter Knox is inmiddels overleden maar Jane Knox is zeer enthousiast en ze bleek al op zoek te zijn naar de andere overlevenden van de crash. Uit die contacten is uiteindelijk het initiatief voort gekomen om hier een herdenkingsmonument voor de crew op te richten.
> In september 2006 werd hier in aanwezigheid van nakomelingen van bijna alle (inmiddels overleden) bemanningsleden van de Lancaster en ook familie van de Vlaamse betrokkenen dit monument ingehuldigd. Daar eindigt echter het verhaal niet. Wat de betrokkenen (en niet in het minst de familie Knox) nog bezig houdt is het antwoord op de vraag wat er met de heldhaftige kapitein Davis is gebeurd? Dankzij zijn koelbloedigheid was het voor de mannen mogelijk om te springen, ten koste van zijn eigen leven. Nooit werd zijn lichaam terug gevonden. Ook de precieze crashplaats is verloren gegaan. Het monument is geplaatst in de omgeving waar de crash moet zijn gebeurd maar verder is er geen spoor meer.
> Het verhaal ontging ook Koen Peters en Steven Geukens niet, twee amateur-archeologen. Na grondig opzoekwerk konden ze meer precieze informatie vinden. Op die basis trokken ze er op uit met de metaaldetector eind 2010, op enkele kilometers van waar nu het monument staat. In De Standaard deden ze hun verhaal: 'Plots zagen we langs de weg enkele bomkraters. Als een vliegtuig neerstort, verliest het altijd zijn bommen. Die vallen dan in de buurt neer. De crashplaats kon dus niet ver van de kraters liggen. Na enkele dagen zoeken vonden we een groot gat van meer dan vier meter. Enkele honderden meters verderop vonden we een diepe glooiing in het landschap. Vermoedelijk zijn daar de vleugels en de motor neergekomen. Zowel hier als in de bomkraters sloegen de metaaldetectors tilt. We hebben al tientallen stukken aluminium, kogels en ijzer opgegraven en vonden ook heel wat glas van de cockpit terug.'
> De gemeente Mol en ook de familie van Mark Davis werden op de hoogte gebracht. In oktober 2011 vond grondiger onderzoek plaats op de plek door de Belgian Aviation History Association (BAHAAT) en anderen die vertrouwd zijn met dit soort opgravingen. Daarbij werden nog heel wat fragmenten en onderdelen terug gevonden. Eén groot mysterie blijft helaas tot vandaag nog onopgehelderd: Wat er met Captain Davis is gebeurd.
> Voor wie geïnteresseerd is in meer details kan op de website van de familie Knox het hele Kempense ontsnappingsverhaal van Peter Knox lezen (in het Engels).
Abdij Postel
Reuzenbovist
Grote kleefparasol